Ondiepzinnig

Een vrouw liep in zeven sloten tegelijk
ze kwam drijfnat thuis.

Het verleden dringt zich op;
verstoort het prettige denken
waarvoor ik zoveel moeite deed.
Ik moet opnieuw beginnen

Het regent al bijna de hele dag
het water staat me tot de lippen

Het slanken van een echtgenoot
is’t moeilijkst voor zijn vrouw.
Hij gaat voor de lijnen
die zij zo heel graag wou.