Maan slot

Vanuit de slaap belandde ik in een wonderlijk bewustzijn. Aards en wanig tegelijk alsof de verdovende middelen een vleug lsd bevatten.
Mijn hang naar volle maan verscheen uitvergroot, belicht van alle kanten.
De verlangens waren niets vergeleken bij het indringende besef: ik moet er naar toe.
Mijn geest transporteren.
Mijn lichaam overlaten aan oma en de anderen.


De maan is mijn onderkomen.
Ik wentel me in zijn licht, omarm zijn materie.
Ik adem niet, verlang niet, lijd niet.
Ik ben.
Ik ben het mannetje in de maan.
==