Hoe korter de dag hoe minder ik lach
hoe meer ik gaap
en slaap
suffend aan’t lopen de ogen half open
en soms bijna dicht
waardeloos zicht
zo kom ik de donkerte door
leef he-le-maal nergens voor.
Nu lengen de dagen
niets meer te klagen
de wereld is weer te verdragen.
===
Het donker is me een gruwel.
Ik wen er nooit aan.
–
wereld
Conclusies
Als je maar lang genoeg piekert leer je van alles.
Dit zijn er alvast een paar, over de rest van de wereld denk ik nog.
Het is zwaar werk.
De zon straalt omdat hij blij is ons te zien.
Kan niet anders.
Dit moet een langhaarkat zijn die een mep kreeg. Een flinke mep, zie je zijn snelheid?
Dit leek een appeltje-eitje: een doof oor.
Helaas, het bleek een domoor.
==
Herfststukje.
Jahaaa…
– Vooruit meisje, beetje opgewekter mag wel.
Ach wat, gedoe…
Dit was teveel. Ze vertrok.
Meteen.

Daarna maakte ze een lap, toen nog een, fantaseerde dessins en patroontjes.
Met een volwaardige spinnenwebkledingindustrie gevolgd door een bijpassende sieradenlijn, schoeisel. De hele mikmak.
==
Contrôle
Net terug van de oogarts blinkt de zon me tegemoet.
Lekker, denk ik, straks naar het dorp, op mijn gemakkie boodschappen doen, twee jasknopen los en doen alsof het lente is. Tenminste, zodra de ogen weer helder zijn. Want de afdeling oogheelkunde grossiert in druppels.
Om de oogboldruk te meten, om de letters te lezen, voor een extra cameraopname, soms twee stuks, en nog een want er ging iets mis, de wereld gaat aan oogdruppels ten onder. Maar alles is goed dus ik mag niet mopperen.
Opklaren van het zicht duurt wel lang, dit kan ik alleen typen met de neus op toetsen en scherm en veel herhalingen. Straks is de zon weg. En het lentegevoel ook. Moet de jas weer helemaal dicht.
Jammer.
Ik probeer optimistisch te blijven en hoop op een laat zonuurtje en anders reken ik op de volgende dagen.
Nog even doorgaan met lanterfanten en drentelen, met een wazige blik valt niets te ondernemen.
We komen er wel door, die ogen en ik.
Maar die twee losse knopen, dat mis ik.
==
Niet te vroeg juichen, hoewel…
… er een paar hoopvolle berichten binnenrollen.
Ik denk dat ik het lek boven heb, hoera hoera en meer van dat.
Nog even geduld.
Niet dat de wereld op me zit te wachten maar ik wel op WP. Daarom heb ik hem/het/haar vermanend toegesproken en ernstig aangekeken.
Met wat geluk komt het vandaag nog goed, het ligt er aan of niemand me ophoudt.
Nu maar hopen dat ik het niet weer verknoei.
==
Aan de bar

De wereld moet veranderen.
Wil je weten waar jij op lijkt? Zal ik dat effe zeggen??
Je doet maar.
Hallo jongens, kalm, pilske?
===
Schemergeluiden
Wat is dat?
Met gespitste oren loop ik naar het raam.
Loerend door een kier van het gordijn zie ik duistere dingen.
Ketting en een touw, een haak, een donkere lucht en vreemde dingen.
Wat is de bedoeling, vraag ik me af, en waarom hoor ik ze?
Welk geluid maken ze dat me naar het raam roept om voorzichtig te gluren?
Waarom zo onherkenbaar? Zitten er vreemde wezens op het afdak, ruimtevirussen, zich vermommend als aardse zaken? Wil iemand me ophangen?
Ik vrees met grote vreze.
Ik vertrouw het niet.
Ik wil ze weg hebben voor ik rare ideeën krijg en vreemde boodschappen de wereld instuur.
Maar hoe?
Er is maar één oplossing.
Ik sluit het gordijn.
===
Insecten van nabij bekijken?
Nou nee, ik ben zuinig op een goede nachtrust.
Bovendien herinner ik me beelden van een vlieg, vlo, luis en nog wat van dat gespuis. Sterk uitvergroot, de bloeddorst droop zowat van de foto’s. Likkebaardend keken ze de kijkers aan en het ìs dat het schoolboeken waren, ik had ze morsdood gescheurd.
Vooral de luis was huiveringwekkend. Jaren van wakker gelegen.
Tja, insecten zijn nodig, leerden we.
Ik begreep dat ze nuttig zijn en hun plaats hebben in biotopen (welke dan?) al zie je dat de natuur zich aldoor aanpast bij een teveel of teweinig van wat dan ook. Het zou me niet verbazen als de wereld bleef bestaan wanneer bijv. alle muggen uitstierven
HIER lees je er een artikel over, voornamelijk mooi door de bloemfoto, de tekst is voer voor entomologen.
Misschien ook voor de lezer.
ps
ik heb er een klein vergrotinkje bij geplaatst. Is nog net acceptabel.
==
Landbouwdag
Zondagmiddag waren we ook even op een groot dorpsevenement in de omgeving, voornamelijk gericht op boeren.
Er waren grote en oude machines. tractor-pulling, een passend springkussen, rockmuziek en andere bands, heel veel gezinnen en senioren maar ook jongeren in overwegend spijkergoed, bier en friet, bier en friet, enzovoorts.
In een open stal zaten koeien aan hun hooimaal, net zo nieuwsgierig naar ons als wij naar hen. Een rijk gezicht.
De stemming was ondanks de drukte gemoedelijk.
Gezellig.
En toch.
Hoe aanstekelijk het ook was, vooral de rockband, het is niet mijn wereld.
Ik kan me niet voorstellen dat we er als tieners naar toe zouden zijn gegaan.
We dachten er over na hoe het zou zijn.
Wie weet was ik dan getrouwd met een boerenknecht; zette ik koeien aan de melkmachine of hielp Bertha 3 met haar kalf.
Natuurlijk nooit met een echte boer, dat was een paar klassen te hoog gegrepen voor arbeidsdochters.
Maar dat is speculatie.
Je wist sowieso niet op wie je verliefd zou worden, er waren aardig wat jongens in de aanbieding en de kans dat ze iets met het boerenleven te maken hadden – al was het zijdelings- was groot.
Varkens, kippen, maïs, voederbieten, dat ie het eerste wat in me opkomt bij herinneringen.
En Homburg of de pluimveeverwerkende bedrijven.
Hoe dan ook, ik ben er doorgekomen zonder lijntjes naar vee en landbouw.
Maar bezoek aan een dag als dit is best leuk, alleen al door de stevige muziek.
=
V(F)riezen
Zwetend ontwaakte ik uit een nare droom, een die bijna jaarlijks terugkeert zij het dat hij de laatste winters minder heftig was.
Tot nu toe.
Rillend greep ik naar de paracetamol en nam een dubbele dosis.
Het hielp niet veel.
Een borrel dan maar? Had ik niet in huis.
Warme kruik? Ook niet en wat zou dat ook geholpen hebben.
Tegen de ochtend stond ik op.
Deed de gordijnen open, zag de vorstige wereld en wist het weer:
Elfstedenkoorts.
–
Toch maar een winterslaap overwegen?
==