
Vanmorgen bij de fietsenrekken.
— Hee, hallo, ook de hitte voor willen zijn?
— Allicht, het wordt heet.
In de supermarkt.
— het is nou al warm.
— zeg dat wel. *veegt voorhoofd af*
Bij de groenten
— sla is nog het beste bij deze temperatuur.
— vind ik ook…
Bij de groenten
— sla is nog het beste bij deze temperatuur.
— vind ik ook…
Bij de diepvries
— flink inslaan, het wordt minstens 30 graden
— en die zon, pffff.
Aan de kassa
— Jij ook vroeg, voor de hitte?
— Wat dacht je, nu is het nog koel.
Weer bij de fiets
— Hoi. Lekker vroeg aan het winkelen?
— Ja, het wordt heet…
Bijna thuis
— Ah, je bent de warmte voor.
Bijna thuis
— Ah, je bent de warmte voor.
— Natuurlijk.
En… en…
En zo gevarieerd. 😉
==
En… en…
En zo gevarieerd. 😉
==