Geef me een camera in handen en ik verknoei de foto’s, niet met opzet, ze moeten me niet.
Deze is met de telefoon gemaakt, ik heb alle knoppen uitgeprobeerd maar ik snap er weer eens niets van.
Het zijn verschillende lichtsnoeren, dat zal ook wel iets zeggen.
Vijf stuks, ook is er verschil in de grootte van lampjes.
Ik ging veraf staan, toen dichtbij, zelfs op een stoel , het werd er allemaal niet beter op.
Meestal geef ik niet veel om het resultaat maar deze wilde ik beter afleveren.
Vraag dus:
Hoe maak je een foto als deze zonder dat de lichtjes grote vlekken worden?
==
Tag: telefoon
Dingetjes
Het begint te regenen.
Zacht, net hard genoeg om getik te horen. Ik stop de stofzuiger en ga zitten luisteren onder het afdak. Na twee minuten sterven de druppels weg.
Ik neem de stofzuiger weer op.
De bel gaat, net hard genoeg om op te kijken, ik zie twee mensen bij de voordeur. Ze willen me iets aansmeren en ik stuur ze weg.
Ik neem de stofzuiger weer op.
De telefoon piept, net hard genoeg om hem uit te zetten. Zal ook wel niks zijn.
==
Telefoon
Ik bekeek het ding (niet die van het plaatje), haalde de batterij eruit en stopte hem er weer in, nam de instructies door, las het klachtenhoofdstuk maar kon niets vinden, klusjesman ook niet. Hij deed overal stekkers uit en in. Zinloos.
Achteraf bleek het een Ziggo-storing

PTT-contrôle. Wilt U even in de hoorn blazen?
Ik voorzie een teleportatie naar hemel of hel, automatisch, met korting bij twee personen tegelijk.
==
Lezen, ho maar.
Vandaag leesdag. Inhaaldag, gister kwam er niets van.
Lekker, dacht ik, handenwrijvend leegde ik de keukentafel en spreidde de kranten breeduit. Koffie ernaast.
Net wilde ik beginnen toen ik het boek zag, het keek me aan. Vooruit dan, nog één hoofdstuk.
Boek uit, koffie koud. Nieuwe gemaakt.
Kranten!
Er viel me iets in.
O ja, A. was jarig, meteen bellen voor ik het vergeet.
Gesprek afgelopen, nieuwe koffie.
Ziezo, nu aan de lees.
Telefoon…..
Enz.
En nu.
De kranten liggen nog op dezelfde plaats, opengevouwen op dezelfde pagina’s en ernaast staat een lege koffiemok met donkere kringen.
Zegt het stel dat net wegging:
‘Lees je de krant altijd zo langzaam? Ik heb hem meestal in een half uurtje uit.’
Ik zei niets, maar…
…. gelukkig ben ik niet gewelddadig.
==
.
Sympathie
Vanmorgen.
Ha….o?
Goedemorgen mevrouw B. Bent U mevrouw zelf?
J., ..nd…aa.
We hebben een prachtige aanbieding voor U…
La.. zit….
...voor heel weinig geld
Geen i.ter…
Wat zegt U?
GGG… INT….
U schreeuwt, ik versta het niet.
s… ..ij.
Pardon?
S… (diepe ademhaling) stemkwijt
Daarop drukte ik hem weg.
En werd opnieuw gebeld waarna ik alles uitzette.
–
Bij de bibliotheek.
– Haai, lang niet gezien. Alles goed?
Ik knikte. Niet weer zo’n sessie, hoopte ik.
Ze kwam naar me toe en blabla’de. Ik verstond er niks van, met de stem zaten opeens ook mijn oren op slot.
Ze zag het. ‘Wat heb je?’
Ik wees naar de balie waarop pen en papier en schreef: stem en oren kwijt.
Ze lachte, sorry B, volgende keer beter.
Een begripvolle reactie.
–
In de supermarkt kwamen de oren langzamerhand tot leven.
Mijn stem verrekte het. Toen een man tegen me aanbotste mimede ik ‘Sorry’ en articuleerde overdreven: ‘mijn stem doet het niet.’
Ook hij begreep.
–
Er zijn veel sympathieke mensen op de wereld.
In ons dorp.
==
.