Gretna Green

Waarschijnlijk kennen de meeste mensen de naam, het was dé plaats (in Schotland) waar iedereen kon trouwen zonder papieren, ouderlijk toestemming of welke voorwaarden dan ook.
De plaats werd voorheen vaak genoemd als grap: ‘we lopen weg en gaan naar gretna-green
trouwenlove-822553__340Ik heb iemand gekend die deze stap serieus wilde nemen, hij en een meisje.
Ze troffen elkaar op een feestavond, het was liefde op het eerste gezicht, een zwoele tango kwam er aan te pas en biertjes en nog meer dansen, meer pilsjes, uiteindelijk belandden ze buiten, ergens in de maïs onder een romantische maan.
We gaan trouwen, besloten ze tussen de kussen door en als iemand moeilijk doet gaan we naar Gretna Green.
Zo vielen ze in slaap.

Ze trouwden inderdaad, elk met iemand anders.
Maar koesterden de herinnering.
==

Vroeg naar bed

Nog geen tien uur en ik heb al slaap.
Tistochwat, was ik vol onbegrip voor een paar oudere weduwen die vroeg naar bed gingen, nu begin ik zelf ook.
Een van hen gaat zelfs  al om 8 uur naar boven om in nachtgoed van het Journaal te genieten. Wat die pijama daaraan bijdraagt begrijp ik niet maar wie weet verzacht het flanel de ergste nieuwtjes.
Ik vroeg aan deze en gene of ze ook sliepen, ze hadden toch geen drukke baan?
Ziehier de antwoorden.
Nee, ik dut  wat, soes bij vlagen even weg, schrik wakker en lees een paar minuutjes tot de schrik voorbij is, kijk televisie, het maakt niets uit wat er te zien is, lach soms mee, val wederom in slaap, dut nog een keer, doe een plas en kruip weer terug…
Mijn god, dacht ik, zo wil ik echt de dagen niet eindigen.
Het leven ook niet.
Maar vandaag genoot ik wat langer van de buitenlucht. Na een wandeling en een paar klusjes, boodschappen en andere huishouddingen zit ik zelf ook bijna te slapen. Voor tienen!  En nu is het is nog maar half elf.
Gaaaaaap, sorry.
Er zit niets anders op, ik ga naar bed. Met boek, telefoon en tablet stiefel ik de trap op. Ruim elf uur inmiddels.
Maf ze.
==

Alleen thuis

Het is avond en stil.
Ik lees met halve aandacht.
Ik let op vreemde geluiden, zet de televisie zachter.
Sssssh. Wat was dat? Nog een keer, wegstervend, pfff, een film.
De volumeknop gaat dicht.
Verder lezen, waar was ik nou weer?  Ik vind de pagina niet meteen, schrik op door voetstappen. Trillend sta ik recht, luister, hoor ze voorbij gaan.
Diep zuchtend drentel ik door de kamer, zie een spook in de spiegel en schrik. Lijkwit, de ogen groot van angst.
Beter om naar bed te gaan?  In slaap vallen door vermoeide leesogen?
Het is pas elf uur, ben ik straks  te vroeg wakker.
Hoor ik de buren? Ik hoop het, een veilig gevoel.  Hoewel, die zijn toch op vakantie? Maar…
Wat is dat geruis dan? Ik kijk rond, herken opgelucht het suizen van leidingen. Ik merk dat ik beef van angstige spanning.
Gekras bij het raam doet me nogmaals verstijven. Voorzichtig kierend staar ik een kat in zijn ogen die luguber gloeien of is het de maan? Beweegt daar een gordijn?
Resoluut zet ik de tv uit en ga naar boven. Kijk onder bed, in kasten, achter gordijnen, durf dan pas naar de wc en wastafel.
Moe van de spanning slaap ik snel in.

Bang zijn is niet te harden.
==

Moeilijk doen

Dit zijn dagen waarop je iets anders uit de kast pakt.
De hele dag luieren bij een aangenaam briesje, dat maakt misschien de lust vrij om me door een  lastig boek te worstelen.
Ik zocht een kleine stapel uit en begon.
Het werd niks, ik kon net zo goed met mijn ogen dicht lezen.
Een boek spreekt je aan of niet, de bries maakt ze niet aangenamer. Ze blijven saai, langdradig, humorloos, oninteressant, alle goede wil mijnerzijds hielp me opnieuw niet verder dan enkele hoofdstukken. Waarschijnlijk snap ik ze niet.
Daarbij viel ik telkens in slaap waardoor ik de toch al dunne draad herhaaldelijk kwijtraakte.
Vergeleken bij dit stapeltje is de Kamerplantengids een bron van vermaak.
Na enkele pogingen gaf ik het op en legde de miskende oogst terug in de kast.
Ik wil ze weg doen maar weet niet aan wie, het is bijna een belediging om ze te geven.
In mezelf pruttelend liep een ander oudje me in handen, tja, mooi, daarom ken ik het ik uit mijn hoofd. Uiteindelijk nam ik het bibliotheekexemplaar maar weer op.
Waarom zou ik moeilijk doen.

Voor morgen heb ik andere plannen.
Ik ga hetzelfde doen als vorig jaar en maak een kussenovertrek   
Er ligt nog een grote lap stof.
Je verzint graag wat om de warmte te slim af te zijn.
Tenzij het niet lukt. Te warm, te geen zin, te lui, te suf.
Dan verlies je.
=

Dat was de zaterdag en halve zondag

De fancy fair bleek een interne aangelegenheid maar daarom niet minder aardig. En lachwekkend goedkoop.
Met de handen vol boeken en nog wat rommeltjes stopte ik met neuzen en kocht er een tas bij, één euro voor een stevige tas is een prima koop.
De beste terrassen waar we naderhand aan toe waren zaten propvol, we trokken naar de volgende plaats en kwamen terecht bij het terras van de toekan. (Niet dat van het plaatje)
Jongens wat was het heerlijk.
Ruim van plek, zalige zomerwarmte,groot zonnescherm en af en toe een briesje dat bijna zwoel aanvoelde (we dronken echt alleen limonade).
Dan wil je niet naar huis en dat deden we ook niet.
Nog wat drinken, beetje eten. Beetje veel, eerlijk gezged.De laatste happen gingen in slow motion.
Koffie, nog even door de dorpen rijden en toen ik thuis was en de aankopen bekeek viel ik boven de nieuwe oude boeken in slaap en werd wakker bij de winst van Nederland op Duitsland. Een verrassend ontwaken.
Toen ben ik naar bed gegaan waar ik verder sliep. Wat wil je ook, rozig van de zon en een buik vol.
Onverwachtse bijkomstigheid: de gezichten waren bijgekleurd. Niet veel,  net zichtbaar.
In oktober…
Zo’n reservezomertje, ik mag dat wel.
==

Vol verwachting

Vanmorgen vroeg, het was nog donker – werd ik wakker met een onbenoembaar blij gevoel. Er was iets, iets positiefs. En toen wist ik het weer.
De slaap kwam terug.
Een uur later werd ik opnieuw wakker, nu had ik het meteen.
Uitgeslapen stond ik op, deed de gewone dingen en zette me aan het ontbijt dat door de opwinding nergens naar smaakte. Alleen de koffie trok zich niets van de stemming aan.
Het nieuws van half acht kwam door maar raakte me niet.
Het weerbericht ging langs me heen, reclame merkte ik niet op.
Ongedurigheid beving me.
Ik duwde de klok vooruit.
Tokkelde op het tablet, zag dat de klok terugsprong, hoorde de bel in alle geluiden. Het gerasp van de kauwen klonk precies zo.
Maar dan was de tijd daar en kon ik rechtop staan,  naar de voordeur lopen en de brenger om zijn hals vallen.
De nieuwe wasmachine arriveerde.