Panta rhei (Heraclitus)

Alles stroomt
Niets blijft hetzelfde. Een beeldende zin in deze betekenis is dat je ‘niet twee keer in dezelfde rivier kunt stappen’ (Plato).
Overbekend.
En toch.
Toen ik deze dagen in de bloembak doende was, het groen uitkrabbend dat koppig tegen sneeuw en vorst heen groeit,  elke winter opnieuw, vroeg ik me af hoe je dit kunt opvatten.
Inderdaad blijft niets gelijk, alles wat leeft is vergankelijk dus veranderlijk maar in een andere vorm komt alles weer terug. Hernieuwen noem ik geen echte verandering. Ook de genetisch gemanipuleerde planten en dieren blijven herkenbaar. Een koe blijft een koe, gras is gras, water is water. Vermomd in andere vormen of kleuren maar blijvend graasdier, bodembedekker en stromend.
We veranderen met de eeuwen, invloeden van klimaten zullen meespelen, kortom: de tand des tijds doet zijn best, dat snap ik allemaal maar uiteindelijk zijn we nog steeds mensen en leven nog steeds in bos-water-vlakland-zand.
Weliswaar gegroeid in kennis en gedrag maar niet wezenlijk anders.

Misschien begrijp ik de kern van de uitspraak niet.
=

‘Over gewoonte en opvoeding’

Hoofdstuk uit een essaybundeltje van Francis_Bacon_  waarin hij stelt:

Hier is over nagedacht, bewonderde ik. Tot ik verder las.
Hij had het hier beter bij kunnen laten.
Hij predikt voornamelijk ten voordele van de gewoonte.  Lijdende veroordeelden, Spartanen, boetedoende monniken, allen zijn gehard door de aangeleerde gewoonte niet te klagen. Macht der gewoonte. Prima.
Maar dat het samenspel van neiging, omgeving en gewoonte genuanceerder is en vaak moeilijk te sturen in de opvoeding, daarover rept hij niet.
Een gedachte als vaststaand feit de wereld in slingeren
En dan zegt hij ook nog dit:
Het zoveelste staaltje filosofie dat niet meer voorstelt dan wat moeder ons voorhield: ‘Gedraag je!’
=

Filosofie, vereenvoudigd

Lukraak hier en daar lezend kom ik deze passage tegen in het essay ‘Over de kannibalen’ van Michel_de_Montaigne
De
Montaigne beseft niet dat hij hier precies hetzelfde doet als die ontwikkelde mensen.
Ook hij probeert zijn interpretatie in te passen in zijn beeld van de eenvoudigen.
Hij voert één man op, observeert hem zorgvuldig en rekent diens eenvoudige oordeel tot een standaardgedachte van het ongeletterde volk. Daartoe verhult hij hun eigenschappen.
Wil hij de denker uithangen?
Of zou hij echt niet weten dat ook in deze groep eigenwijzen, betweters en fantasten zijn?
De afstand tussen geleerden en ongeletterden is in dat geval te groot om elkaar te beoordelen.

Wat moet je er mee.
Niets, hoogstens is het aardig de opvattingen van filosofen te lezen.
Dan kom je diepzinnige gedachten tegen. Soms verstandige. (Bacon_)
Maar ook uitspraken waarvan je denkt: dat zei mijn moeder ook al.
Ze oogstte geen roem, ze was te weinig geletterd.