Er zit weer leven in het dorp

Met blije verbazing bekeek  ik de heringerichte terrassen.
Er staan paaltjes met een koord waaraan de boodschap: voetgangers oversteken. De  trottoirs zijn bezet met  tafel en stoelen, passend gerangschikt op corona-afstand.
Natuurlijk heb ik begrip voor de horecaondernemers en ik bewonder hun lef:  de  stoep nemen ze gewoon mee.
Het is ook niet erg,  omlopen voor een paar terrassen in het centrum is niet te veel.
Alleen, ik verwachtte er niets meer van. Ik raakte gewend aan de levenloosheid, zielloosheid, doodsheid – you name it- van het dorp.
De weekmarkt uitgedund tot anderhalve man en een paardenkop. Gesloten cafés  en eethuizen, hoogstens een afhaalloket, bank op slot, bibliotheek ook, geen films, niets te doen in het park,  geen clubfeesten, alle dingen die een plaatsje leefbaar maken,
En nu zijn ze er weer.  Niet allemaal  maar dat hoeft ook niet.
Alsof de zon en warmte besteld waren zaten er direct weer fietsers, straks komen de campinggasten, een enkele toerist.
De boodschappen doe ik met nieuw plezier al mag de afstand in de supermarkten van mij blijven.
==