Voetbal en beschaving, vanaf eind 1800



Spotprenten uit de beginjaren van de voetbalsport,↑ toen er nog rangen en standen waren die ieder voor zich clubs oprichtten.
Chiquere clubs hielden zich liever afzijdig van het gemene volk: te ruw en onbeschaafd dus gevaarlijk.

Dat de bekrompenheid hoogtij vierde in vroeger jaren, is bekend, ik wist niet dat het bij voetbal ook zo enorm meetelde.

Een van de voorstanders van voetbal voor het plebs had een visionair punt:

Er is veel over voetbal geschreven, zo uitgebreid als dit boek las ik nog niet.
Een dikke pil, ruim 500 bladzijden. Dit is van de bibliotheek maar het is eerder een boek om zelf te hebben en af en toe hoofdstukken van te lezen.
           
_

Over muziek


Radio Luxemburg, hoorde ik iemand jubelen, dàt was nog eens een zender!
Daar was ik het mee eens; 12-14 jaar zijnde omarmde ik alles wat vlotter (woord van toen) leek en soms ook was, dan ons eigen dooie Hilversum. Vooral Engelstalige zangers en zangeressen bewonderden we.
Bovendien gleed het Amerikaanse geknauw soepel in onze Zaanse oren. My love of main lief, zoveel scheelde het niet.
Toen vertrokken we naar Oost-Brabant. Daar hoorden we, naast Elvis vaker schlagers; Conny und Peter. Gitta Lind.
Undsoweiter.
Toegegeven, Duitse liedjes liggen makkelijk in het gehoor, een paar ervan waren best aardig van tekst. En Catharina Valente kon prachtig hard uithalen. Maar het was heel erg niet mijn smaak.
Intussen waren er ook een paar mooie Franse zangers, Julien Clerc bijvoorbeeld  een beeldje om te zien en te horen.
Als extraatje zongen nog paar lessen klassieke muziek door het achterhoofd, heel minimaal maar net voldoende om de bekendste stukken te waarderen. Een kenner van welke soort ook werd ik nooit, ik luisterde slechts, eventueel zong ik mee. Zachtjes natuurlijk.
Uiteindelijk verzandde mijn smaak in een rommelig geheel van alle soorten muziek, van snelle rechttoerechtaan drums tot  romantische ballads en alles daartussenin.
Van   InZaïre-Johnny-Wakelin   tot Streets-of-Philadelphia-Bruce-Springsteen  
Daartussendoor zwerft een pianoconcert (link laat zich niet bewerken)
https://www.youtube.com/watch?v=Yya-rNwuxnc&list=RDYya-rNwuxnc
of een Moldautje

Nu eerst  het Journaal, ook  interessant.

Voorjaar in de nacht


Ook ’s nachts kun je hunkeren naar de lente.

Weliswaar zie je de  kleuren van voorjaarsbloemen vager,  toch voel je het aan.
Bedsokken en nachtpon zijn te warm (lach niet, ik draag beide),  de vroege ochtend biedt meer licht,  koffie pruttelt opgewekter.
Nog een paar dagen en dan…
…en dan een krantje zonder de grote lamp nodig te hebben.
Daar droom ik nu al van.

Uit: De Fabeltjeskrant.

Krantje uit een vorig Bertjenstijdperk.  Zieltogend maar nog levend.
_
‘Om aan de klachten van Pegida cs tegemoet te komen heeft de EU, op aandringen van de Nederlandse en een paar Oost-Europese regeringen, besloten een deel van Europa ter beschikking te stellen aan alle migranten uit Afrika en andere contreien waarvan de bevolking in zeden, religie en huidskleur afwijkt van de gemiddelde West-Europeaan.
Over de locatie beraadt men zich; gedacht wordt aan een à twee vierkante kilometer op het platteland van Frankrijk, Ierland of Spanje maar andere landen kunnen zich alsnog melden. De EU komt instromers tegemoet met subsidies voor omheining, bewaking, semi-perrmanent woonmateriaal, graszaad en andere eetbare gewassen, eventueel met met leningen op gunstige voorwaarden.’

Schoolgedachte


Zomaar dacht ik aan een leraar op de Mulo.
Die zei eens tegen een leerlinge,
‘Gebruik je hersens’ en mompelde er, met opzet hoorbaar, achteraan ‘indien aanwezig.’
Het was een minne opmerking.

Hoed U voor bevriezing


‘Vandaag: zonnig, het wordt zeer koud met temperaturen  van rond het vriespunt tot 5° C’

‘Zeer koud’ nog wel. Sjonge.
Zullen we de ijsmutsen te voorschijn halen?  CV op 25 graden? IJsmeesters met prikstokken bestellen?
Wat is de mens toch soepel, nu al aangepast aan bijna-sub-tropen.
Nog eerder dan het klimaat zelf.

Aanvulling: hoedt U  of hoed U  is een lastige vraag, lees voor de juiste spelling
https://apps.nrc.nl/stijlboek/gebiedende-wijs-imperatief

Lees verder

Over pils

Kinderen verzinnen vaak iets wat logisch lijkt.
Wij ook. Vroeger.
Van grote broer leerden we het woord ‘pils’  Een mooi woord, zei hij. En lekker.
Die toevoeging intrigeerde ons, we  dachten aan snoep of patat.
Tot we een glas echt bier zagen, goudgeel en schuimend.
Ik begreep het meteen: dit was gewoon een drank die er bekend uitzag maar netjes moest klinken.  Daarom werd er een willekeurige letter tussengezet. Voor hetzelfde geld had men het ‘plis’ genoemd of ‘pits’. Volgens mij.
Zo legde ik het mijn jongere broertje uit. Van de plaats Pilz wisten we niets noch van biersoorten.
Maar hij geloofde me niet, hij was toen al eigenwijs.
Terecht, bleek later. Hij wist intussen alles van pils.

Vanmiddag had ik het druk


Verbeterde selfie willen maken, uren voor de spiegel staan hannesen met kam en toilettas, en dan de camera achterstevoren houden,  wat een vertoning. Toevallig stond ik nog steeds voor die spiegel zodat er in ieder geval beeld is.
Mijn moeder zou haast terugkomen om me te berispen: dat krijg je er nou van, ijdeltuit die je bent. Ach ja.
Hij is nog nog wazig ook.
Achteraf ben ik blij, ongerechtigheden zijn nu minder duidelijk.
En er om kunnen lachen is ook wat waard.

regenmijmer


Vandaag bijna verdronken
net op tijd gered.
Tot aan mijn hoofd verzonken
in een modderstroomballet
een kikker spoog met vonken
het leek wel cabaret.
Ik greep me vast aan stronken
van een heet buffet
dat zielloos lag te lonken
naar een verzopen slet.
Na uren morse bonken
op een goor skelet
hesen een paar jonken
me als een marionet
omhoog. Ze stonken
maar’t was mijn modderig vet.
Zo avontuurlijk ronken
deed ik vannacht. In bed.
© Bertjens